Schooperen (ook wel metaliseren, thermisch spuiten of vlamverzinken genoemd) is het thermisch aanbrengen (spuiten) van vloeibaar zink op een vooraf blank gestraald metaaloppervlakte. Hierbij wordt een zinkdraad of zinkpoeder door een spuitpistool getransporteerd en met een vlam van 2200°C tot smelten gebracht. Het gesmolten draadmateriaal wordt na het smeltproces met een spuitpistool door middel van perslucht in een dun laagje aangebracht en zal onmiddellijk stollen in een goed hechtende gesloten, gestolde zinklaag. Deze laag heeft een minimale dikte van 30 µm tot een maximale dikte van ongeveer 150 µm. Door de zeer grote dichtheid van deze laag ontstaat een bijzonder effectieve barrière tegen corrosie en zal zelfs bij beschadiging van de later opgebrachte verflaag geen roestvorming optreden. Voorwaarde voor dit proces is wel dat het oppervlakte voorafgaand aan het schooperen gestraald dient te zijn. Het uiterlijk na schooperen is grijs en mat. Door het enigszins ruwe oppervlak hecht een aan te brengen coating zeer goed. Een andere vorm van schooperen is door middel van pure aluminium te gebruiken. Deze toepassing wordt veel voor off-shore materiaal gebruikt.

Schooperen wordt onder andere toegepast bij het restaureren en daarna conserveren van gietijzeren voorwerpen. Maar ook zeer grote voorwerpen die niet in een zinkbad passen kunnen op deze manier verzinkt worden.

Voordelen van schooperen:

• De levensduur is aanmerkelijk langer
• Een betere hechting op de voorbehandelde ondergrond
• De lagen zijn minder gevoelig voor mechanische beschadigingen
• De lagen zijn onmiddellijk droog
• De lagen geven onmiddellijke bescherming
• De lagen vormen een ideale ondergrond voor een verfsysteem